Download PDF

Het welzijn van alleenstaande minderjarige kinderen die gevlucht zijn

Soms moeten minderjarige kinderen zonder hun ouders of verzorgers vluchten uit hun land en in een nieuw land asiel aanvragen. Hoe kan de school helpen hun welzijn te verbeteren?

De adolescentie is een belangrijke ontwikkelingsfase waarin alle jongeren complexe uitdagingen tegenkomen, zoals het ontwikkelen van hun identiteit en onafhankelijkheid. Deze uitdagingen gelden ook voor alleenstaande minderjarige kinderen die gevlucht zijn. Sommige taken zijn echter ingewikkelder zonder hun ouders of familie, zoals het aangaan en onderhouden van vriendschappen en werken aan hun toekomst in een nieuwe samenleving. Het ontbreken van rolmodellen maakt identiteitsvorming moeilijker. Daarnaast hebben veel alleenstaande jongeren tijdens hun vlucht al veel zelfstandigheid getoond. Toch kan het een uitdaging zijn om deze specifieke vaardigheden af te stemmen op de vele regels en voorschriften die ze in het gastland kunnen tegenkomen.

De adolescentiefase bestaat uit een aantal universele verschijnselen, zoals biologische veranderingen. Verschillende culturele normen en waarden geven echter vorm aan het leven van jongeren tijdens de adolescentie en de opkomende volwassenheid. Jongeren die alleenstaand zijn en gevlucht zijn, moeten hun leven opnieuw vormgeven in een vreemd, nieuw land met een andere cultuur en taal, en zonder de aanwezigheid van hun ouders, familie en andere dierbaren. Bovendien moeten ze dit doen tijdens een kritieke ontwikkelingsfase.

Familie is van invloed ondanks hun afwezigheid

In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, zijn vaak de ouders of familie van deze jongeren nog in leven. Als jongeren contact hebben met hun familie, ervaren zij meestal een hoge mate van steun. Hoge verwachtingen van familie motiveren jongeren om hun (nieuwe) leven op te bouwen. Als het in hun nieuwe land tegenzit, kan dit echter ook voor jongeren tot zorgen leiden.

Onderwijs

De eerste periode van hun verblijf in het gastland is cruciaal voor het welzijn en de integratie van de jongeren. Naar school gaan is in dit verband een belangrijke ontwikkelingstaak.

Door onderwijs kunnen deze jongeren het dagelijks leven opnieuw ervaren en aan hun ambities en toekomst werken. De dagelijkse routine, een gevoel van doel en richting in het leven, en het contact met leeftijdsgenoten vergroten het zelfvertrouwen en het welzijn. Een gevoel van erbij horen en veiligheid op school vermindert het risico op posttraumatische symptomen zoals depressie en angst.

Uitdagingen binnen het onderwijs

Alleenstaande jongeren hebben vaak meerdere jaren onderwijs misgelopen als gevolg van oorlogsomstandigheden en de tijd die zij in vluchtelingenkampen en andere landen hebben doorgebracht. Er zijn veel signalen van scholen dat alleenstaande jongeren vaker dan jongeren met ouders afwezig zijn op school. Het ontbreken van steun en motivatie van de ouders speelt hierbij waarschijnlijk een rol. Ook de zorgen van alleenstaande jongeren over familie en hun aanvraag voor gezinshereniging kunnen een rol spelen. Hun uitgangspositie in het onderwijs is, net als die van andere jongeren in de middelbare schoolleeftijd die hun land van herkomst zijn ontvlucht, niet gunstig. Soms zijn ze analfabeet. Veel vaker zijn zij “anders geletterd”, dat wil zeggen dat ze ons alfabet niet kennen maar bijvoorbeeld alleen het Arabische alfabet.

Wat het onderwijs betreft, spelen ook sociale en culturele verschillen een rol. Sommige alleenstaande jongeren komen uit culturen die veel waarde hechten aan respect en geduld. Omgekeerd kunnen sommige (Noord-)Europese landen meer waarde hechten aan assertiviteit. In veel landen van herkomst stellen leerlingen bijvoorbeeld geen vragen aan hun docenten, omdat dit in hun cultuur als onbeleefd wordt beschouwd. Dit wijkt af van de meeste (Noord-)Europese landen, waar discussies met docenten worden aangemoedigd.

Mentale gezondheid en welzijn

Jongeren die van hun familie zijn gescheiden, ervaren vaak onzekerheid over hun toekomst. Zij kunnen ook traumatische gebeurtenissen hebben meegemaakt. Bij aankomst kunnen alleenstaande jongeren wantrouwig zijn. Dat wantrouwen was functioneel tijdens hun reis omdat zij het risico liepen op misbruik door mensehandelaren, bedrog, diefstal, verkrachting en extreem geweld.

Veel alleenstaande jongeren hebben bij aankomst hoge verwachtingen van hun toekomst. Succes hebben draagt bij tot de eer en het welzijn van het gezin. Het niet voldoen aan deze verwachtingen kan leiden tot extra stress, verdriet, schuld, schaamte, woede of psychische problemen. Een gebrek aan toekomstperspectieven, verblijfsvergunningen of adequate ondersteuning in combinatie met het ervaren van uitsluiting en discriminatie in het nieuwe land kan ook tot deze gevoelens leiden.

Bovendien hebben alleenstaande jongeren vaak het gevoel dat ze hun gezinsleden niet genoeg kunnen helpen, wat leidt tot gevoelens van machteloosheid. Zij lopen in de opvanglanden een groter risico op geestelijke gezondheidsproblemen dan andere volwassenen en kinderen met een migrantenachtergrond. Zelfs jaren nadat ze een verblijfsvergunning hebben gekregen, worstelen ze met psychische problemen. Daarbij gaat het vaak om klachten als depressie en angst. Het grootste deel van deze groep heeft psychologische hulp nodig, terwijl meer een klein deel die krijgt. 

Als psychische problemen het dagelijks functioneren ernstig belemmeren, kan verwijzing naar de geestelijke gezondheidszorg noodzakelijk zijn. Toch pakt dit vaak niet goed uit. Dit kan te maken hebben met onbekendheid met geestelijke gezondheidszorg, taboes rond psychische problemen en angst voor stigma’s. Geestelijke gezondheidszorg wordt ook onderbenut onder volwassenen die gevlucht zijn omdat de aangeboden zorg niet altijd goed aansluit. Daarnaast zijn er ook onderzoeken die aantonen dat jongeren onvoldoende hulp krijgen zodra zij contact opnemen met de geestelijke gezondheidszorg (discriminatie, stigma enz.).

Hoe een betere gezondheid en veerkracht te bevorderen 

Ondanks de genoemde problemen en uitdagingen is het belangrijk te beseffen dat alleenstaande minderjarige jongeren nog jong en veerkrachtig zijn en dat hun lichamelijke gezondheid meestal relatief goed is. Factoren die de (geestelijke) gezondheid positief beïnvloeden zijn: het zo snel mogelijk kunnen oppakken van het dagelijks leven met perspectief op werk, onderwijs of andere vormen van participatie; het hebben van voldoende sociale steun en netwerken; en duidelijkheid over de verblijfplaats en nabijheid van naaste familie. Belangrijke copingstrategieën zijn contact met en steun van lotgenoten en contact met hun religieuze instelling. Het werkt het beste wanneer het versterken van sociale steun en het vergroten van veerkracht worden gecombineerd met het bieden van geschikte trauma gevoelige zorg (wanneer nodig). Continuïteit van (geestelijke) gezondheidszorg (indien nodig) en onderwijs versterkt deze veerkracht. Volgens veel onderzoekers is het verbinden van de eigen en de nieuwe cultuur, “integratie”, de meest succesvolle strategie.

banderita CEE

The BRIGHTER FUTURE project has been funded with support from the European Commission. This publication reflects the views only of the authors, and the Commission cannot be held responsible for any use which may be made of the information contained therein.